De ene is een lensfout: chromatische aberratie genoemd. Dit is het gevolg van licht dat door het glas van de lens anders gebroken wordt (brekingsindex) waardoor het niet in het hoofdbrandpunt terecht komt. Maar op verschillende plekken. Deze fout komt vooral naar voren bij lange brandpunt en telelenzen.
De andere is een CCD fout: fringing genoemd. Dit is het tijdens het belichten overstromen van informatie van de ene naar de andere pixel. Aangezien de CCD verschillende kleurfilters heeft: R,G of B ontstaat er een gekleurd randje.
Fringing is gemakkelijker te corrigeren als chromatische aberratie. Chromatische aberratie kan wel voorkomen worden met speciale, voor deze lensfout gecorrigeerde, duurdere, lenzen: de apochromaat.
Beide lensfouten kun je in Lightroom en camera RAW corrigeren.
In Lightroom is er de meeste controle:
Bij lenscorrections zien we een nieuw tabblad in LR4: color.
Daar kun je chromatische aberratie en fringing corrigeren.
Met amount regel je de hoeveelheid pixels die in de rand meegenomen moeten worden.
Daarnaast kun je de paarse/purple tinten en groene tinten veranderen.
In plaats van de schuifjes kun je ook inzoomen en het pipetje gebruiken. Daarmee op het randje met de kleurzeem klikken. Als je het pipetje gebruikt krijg je een uitvergroot grit te zien van de pixels zodat je preciezer kunt kiezen.
before |