Er zijn 4 factoren die bepalen hoe groot het scherpe gebied in de foto is:
- Het diafragmagetal
- De afstand van het onderwerp tot de lens
- Het type lens (groothoek of tele)
- het opnameformaat (grootte van chip / film)
Een grote opening geeft een kleine scherptediepte en een kleine opening geeft een grote scherptediepte.
Bij een grote scherptediepte is veel scherp (klein getal, grote opening)
Bij een kleine scherptediepte is weinig scherp (groot getal, klein opening)
Links: kleine scherptediepte,
rechts grote scherptediepte
2. De afstand van het onderwerp tot de lens
Maar de diafragmaopening is niet het enige dat bepaald hoe groot de scherpte is.
Op de foto's hieronder is dezelfde diafragma-opening gebruikt.
Het verschil is waar er scherp gesteld is.
Hoe dichterbij er scherp gesteld wordt hoe kleiner het gebied wat scherp is.
Rechts: scherpgesteld vooraan: redelijk klein gedeelte is scherp,
Links: scherpgesteld verder naar achteren: een groter gedeelte is scherp
3. Het type lens (groothoek of tele)
Diafragma 5.6, brandpunt 35 mm (lichte groothoek) is groter scherptegebied |
Diafragma 5.6, brandpunt 70 mm (lichte tele) is kleiner scherptegebied |
4. Het opnameformaat (grootte van chip / film)
Het verschil tussen een DX camera en een fullframe camera is de grootte van de chip.
In het voorbeeld hieronder heb ik met beide camera's gefotografeerd met dezelfde lens.
Het diafragma 4 overal.
Bij de DX camera staan 2 brandpunten. 16mm is het brandpunt dat op de lens staat.
(= 24 mm) is het brandpunt van de lens als hij omgerekend is naar DX formaat.
Foto's waarbij de beeldhoeken (min of meer) gelijk zijn staan naast elkaar.
Bij de foto's gemaakt met de full-frame camera zie je een kleiner scherpte bereik.
camera | DSLR fullframe | DSLR fullframe | DSLR fullframe | DSLR fullframe | |
lens | 20mm | 35mm | 50mm (std) | 135mm | |
afstand | 0.6m | 0.6m | 0.6m | 0.6m | |
diafragma f2.8 | 0.06 m | 0.019 m | 0.009 m | 0.001 m | |
diafragma f8 | 0.173 m | 0.054 m | 0.026 m | 0.003 m | |
afstand | 3 m | 3 m | 3 m | 3 m | |
diafragma f2.8 | 1.633 m | 0.5 m | 0.242 m | 0.032 m | |
diafragma f8 | 9.257 m | 1.501 m | 0.7 m | 0.092 m | |
camera | DSLR DX 1.5 | DSLR DX 1.5 | DSLR DX 1.5 | DSLR DX 1.5 | |
lens | 20mm | 35mm (std) | 50mm | 135mm | |
afstand | 0.6m | 0.6m | 0.6m | 0.6m | |
diafragma f2.8 | 0.107 m | 0.034 m | 0.016 m | 0.002 m | |
diafragma f8 | 0.322 m | 0.097 m | 0.046 m | 0.005 m | |
afstand | 3 m | 3 m | 3 m | 3 m | |
diafragma f2.8 | 3.416 m | 0.902 m | 0.432 m | 0.057 m | |
diafragma f8 | oneindig | 3.062 m | 3.416 m | 3.416 m |
Het schema hierboven is gemaakt met een programmaatje dat je hierbij helpt.
Deze heb je als apps voor je smartphone: zoek op DOF calculator app.
Ook online zijn er verschillende hulpprogramma's zoals op dpreview: http://www.dpreview.com/learn/?/Glossary/Optical/Depth_of_Field_01.htm
Er zijn ook lenzen waarop je het scherptebereik gewoon af kunt lezen.
Op de lens hierboven heb je als je diafragma 11 gebruikt een scherpte tussen ongeveer 1 meter en 2,5m. Dit kun je aflezen tussen de 2 f11 getallen op de bovenste ring)terwijl je scherp stelt op ongeveer 1,5 meter (het dikste streepje).
Dan is er rog 1 ding waarbij je rekening moet houden als je scherp stelt.
Namelijk de plaats waarop je scherp stelt. Binnen het gebied dat je scherp wilt hebben moet je 1/3 van voor en 2/3 van achter scherpstellen.