woensdag 10 april 2013

Image Size: bestand vergroten of verkleinen

Nogmaals een stukje over het vergroten of verkleinen van een foto.

!!  Het vergroten of verkleinen van een foto heeft kwaliteitsverlies tot gevolg: er moeten namelijk pixels bijbedracht of weggegooid worden. Verkleinen levert, in verhouding, minder problemen op. Hoewel in CS6 daarin wel iets veranderd is. Ik schreef hier al eerder over: http://hildemaassen.blogspot.nl/2012/06/image-size-cs6-verscherpt-bij.html

In het venster: image >  "image size" kun je de maten van een foto veranderen.
Waar moet je op letten?

De foto heeft een bepaalde grootte. Deze staat bovenaan bij pixel Dimensions.
Als je deze maat verandert dan wordt dit gemeld. Er staat dan tussen haakjes achter wat de grootte in MB's was.



Er zijn verschillende maten in dit venster aanwezig:
De breedte en hoogte in pixels en de documentformaat in centimeters of een aantal andere internationale waarden zoals inches, millimeters en punten. In Nederland hanteren we meestal centimeters voor prints en pixels voor beeldschermafbeeldingen.


Daarnaast is er een kopje met de resolutie: Hier kun je kiezen voor pixels per inch of pixels per centimeters. Eigenlijk gebruiken we hier altijd pixels per inch. Dit wordt DPI genoemd.

DPI is de fijnheid van een bestand. Het aantal dots (puntjes) waaruit een vierkante inch bestaat: hoe meer dots (puntjes) per vierkante inch hoe meer detail. Nu ligt het eraan waarvoor je het bestand wilt gebruiken wat de DPI moet zijn. Niet alle printers zijn bijvoorbeeld in staat om een bestand met 300 DPI ook zo weer te geven. 

De meeste laserprinters kunnen bijvoorbeeld 150 Dots per vierkante inch op papier plaatsen. Je kunt dan wel een bestand van 300DPI printen maar dat ziet er dan niet beter uit als een 150 DPI bestand. 
Het heeft dus geen enkele zin om je bestand dan 300 dPI te laten zijn. Sterker nog: een bestand van 300 DPI is 4x zo groot, vraagt dus meer opslagruimte en zal trager geprint worden. 

Een paar standaarden die meestal gebruikt worden: 
Voor drukwerk wordt als standaard 300 DPI gehanteerd. (ligt aan soort drukwerk, raster e.d.)
Voor inkjet printer tussen de 240 en 300 DPI 
Voor online print stations waar je boeken en foto's laat drukken tegenwoordig 240DPI
Voor laserprinter 150DPI
Voor beeldscherm resolutie wordt meestal 72 DPI of 96DPI aangehouden maar eigenlijk zijn pixels daar belangrijker.

Het veranderen van de bestandsgrootte / imagesize:

In dit venster is het heel erg belangrijk wat er allemaal verandert als er 1 ding verandert. 
Het koppelteken, wat je kunt veranderen door vinkjes te zetten bij scale en proportions regelt dit.

Als de breedte en hoogte alleen gekoppeld zijn wordt de foto groter of kleiner in MB's als je een getal verandert. Zijn de resolutie, breedte en hoogte gekoppeld dan blijft het document even groot in MB's.
Zijn ze geen van drieën gekoppeld en je verandert de hoogte of de breedte dan wordt het bestand vervormd. 

Breedte, hoogte en resolutie gekoppeld
Breedte en hoogte gekoppeld: bestand wordt vergroot of verkleind

Niets gekoppeld: bestand kan vervormd worden: zie voorbeeld hieronder

Vervormde foto omdat de hoogte verkleind is maar de breedte gelijk gebleven is.


Het vergroten of verkleinen wordt berekend: gesampled. Hoe dat moet gebeuren kun je kiezen.

Standaard staat hier sinds CS6 Bicubic Automatic. Bij vergroten kiest hij in dat geval bicubic smoother en bij verkleinen Bicubic Sharper.

Hoe werkt dat resampelen?
Bij het vergroten of verkleinen komen er extra pixels bij het bestand of worden het aantal pixels verminderd. In het geval van nearest neighbor wordt een naastliggende pixel gewoon gekopieerd waardoor er 2 pixels zijn.

Bij bilinear wordt de nieuwe pixel berekend door 4 omliggende pixels als uitgangspunt te nemen. Het gemiddelde daarvan wordt de nieuwe pixel.

Bij bicubic vergroten worden meer pixels in de omgeving meegenomen om de nieuwe pixels te berekenen; iets van 16 in totaal. Het is dus een preciezere manier.

Een foto kun je echter niet heel erg veel vergroten of verkleinen. Zelf doe ik het altijd in kleine stapjes, bijvoorbeeld per 0,5 cm en blijf ik de foto op 100% in de gaten houden. Of het beeld kwalitatief nog goed blijft. Ook wissel ik af tussen bicubic smoother en sharper.